Gezicht van vóór het huis aan het Bagijnhof nr. 34 over de brug, in het Achterom; …
Afbeelding 551_30031
- Collectie
- Dordracum Illustratum
- Inventarisnummer
- 551_30031
- Oude nummer
- 633B
- Beschrijving
- Gezicht van vóór het huis aan het Bagijnhof nr. 34 over de brug, in het Achterom; rechts een deel van het voormalige Oude-vrouwenhuis; op de achtergrond het poortje van de Lammertjesgang.
- Geografie
- Dordrecht
- Straat
- Achterom Bagijnhof Lammetjesgang
- Datum of periode
- 02-01-1909 ‐ 01-01-1914
- Auteur
- Dorsser, E. van
- Beeldtype
- tekening in Oost-Indische inkt
- Annotatie
- Afmetingen: Hg. 18, br. 11 c.; getekend naar een foto door L. de Koningh van omstreeks 1868
- Trefwoorden
- bruggen
toon op grote kaart
Goed om te weten: de plek kan afwijken van de werkelijke locatie (hij wordt automatisch gegenereerd).
13 reacties Commentaar van bezoekers
Die gang naast de school IS de poort zelf, tevens toegang tot de school. Wanneer je bijvoorbeeld op 552_350205 kijkt, dan zie je op de linker pilaar het huisnummer 15 staan (en links daarvan weer een aanplakbiljet betreffende de Herhalings-Avondschool) . Het Oude Vrouwenhuis had huisnummer D 796 (kadastraal H 359) De Rumfordsche Soepkokerij maakte gebruik van dat deel wat gekend en genummerd was met Achterom D796-a (werd Bagijnhof 17) en de 2e Stads- Tusschenschool Achterom D796-b (werd Bagijnhof 15). Zie AB 1879 en 1885, kijk je in een ander, dan kan het zomaar weer anders zijn. Zie ook 552_800976 en 552_260404 voor de Rumfordsche Soepkokerij t.a.v. deze locatie.
Bij de sloop ca. half 1800 van het Oude Vrouwenhuis was voorlopig het achtergedeelte met de keuken en de provisiekamers gespaard gebleven. Door een gang naast de school van Trooijen ( zie 552_310285 - voor aanzicht school zie 552_400127 ) kon men komen bij het lokaal van de Rumfordse soepkokerij, waarvan later de ingang aan het Bagijnhof was. De soep was bereid volgens een recept van de Amerikaanse weldoener Benjamin Thomson, graaf van Rumford. Deze soep werd door leden van de hervormde diaconie aan behoeftige mensen verstrekt. Wij zouden in onze tijd zeggen: de voedselbank. Er is niets nieuws onder de zon:)
Inmiddels heb ik de boeken nu ook. Je had me er nieuwsgierig naar gemaakt :) Inderdaad jammer Jeroen, dat ze de kans van onderzoek hebben (moeten?) laten liggen en dat eigenlijk tot twee keer aan toe en als ik het goed begrijp ook op het voormalig terrein van de gasfabriek als ik het recente commentaar van Led Brand goed begrepen heb. Zou dat met de vervuiling te maken kunnen hebben? Fijn dat hij i.i.g. nog iets heeft vastgelegd.
Naast de sloop van het oude Postkantoor, is het uiteraard ook eeuwig zonde dat op deze (zo prominente!) plek in de Dordtse binnenstad geen archeologisch onderzoek is uitgevoerd, voorafgaand aan de nieuwbouw rond het Achterom...
Op de plaats waar tot voor kort het Verlooperf was, bevond zich tot 1868 de zgn. Lammetjesgang. Een oude lijst van 1822 vermeldt daar ter plaatse:" D 775. Een oude woning, genaamd de Lammetjesgang, waarin enige cellen tot woning.”. men heeft hier dus niet te doen met een van de vele gewone hofjes, maar werkelijk met een gedeelte van het oude Bagijnhof. Dit gedeelte was in het bezit gekomen van de familie Muys van Holy, die in 1578 het Klein- Bagijnhof aan de stad verkocht had om er de Hofstraat van te maken. De stad kocht toen van verschillende bewoonsters zes kamers van het Groothuys van het Bagijnhof, om die aan de dakloze vrouwtjes aan het Klein- Bagijnhof te geven. Toen het Groothuys in 1623 verdween, werden er zes huisjes in het latere Achterom voor in de plaats gegeven. In het hoekhuisje van de Lammetjesgang stond vroeger een gevelsteen met het opschrift “1613, Openbarin(g) Johannes Capittel vijf, vers zes en veertien’”. Naar dit huis heette de gang in 1734 en 1741”Gang van de Openbaring”. Vermoedelijk was er ook een lam Gods in die gevelsteen afgebeeld en veranderde daardoor de naam later in Lammetjesgang. Het Achterom bestond uit grote tuinen, die in de 17e eeuw aan particulieren verkocht werden, die ze met huizen bebouwden. In de 19e eeuw kwamen in de tuinen verschillende hofjes, waarvan slecht 1 naam bewaard is gebleven, maar dan een zeer bijzondere. Een hofje , ongeveer gelegen bij de latere ijsfabriek droeg de typische naam “Gloeiende Kachel’. Tot zover Lips. E.e.a. correspondeert met jouw verhaal.Misschien kun je hier nog wat mee. :)
De Lammetjiesgang / Lammetjesgang / Lammeregang, lag gelegen naast D 776, de Lammetjesgang zelf was genummerd D 775. De lammetjesgang bestond uit 2 rijtjes á 6 woninkjes, genummerd D 775-1 t/m D 775-12. In een krant van 12-6-1832 wordt te koop aangeboden: "Zes WONINGEN , genummerd 1, 2, 3, 4, 5 en 6 uitmakende de helft in de Lammetjesgang, staande naast vorig huis." (Het vorig genoemde huis was D 776). Een verkoopadvertentie uit de krant van 31-8-1869 leert mij dat de kadastrale duiding voor D 776 H 365 is. Dan rest ons alleen nog de kadastrale kaart van 1832 erbij te pakken en vast te stellen dat de bewuste gang achter de poort ligt zoals jij al aangaf Johan. In de krant van 19-6-1869 worden alle 12 woninkjes voor afbraak te koop aangeboden. Ook D 776 (3 woninkjes) ging plat, de ontstane ruimte werd een verkooperf van Geluk & Mak. Voor zover ik het kan overzien was de Lammetjesgang slechts een onderdeel van het Achterom. Dat boek van C.J.P Lips staat niet bij mij op de plank Johan.
De Lammetjesgang heette echter voorheen weer "Gang van de Openbaring', aldus C.J.P. Lips. Dit poortje blijkt nog een rest van het Oude Bagijnhof. Zie voor verdere geschiedenis van de Lammetjesgang blz. 437 en 438 van C.J.P. Lips.